In juli jl. heeft de gemeenteraad de herziening Grondexploitatie vastgesteld. Over Duivenvoordecorridor staat bij de ‘risicoanalyse’ de volgende alinea: “Het project Duivenvoordecorridor bevindt zich nog relatief aan het begin van het planproces. Dit kenmerkt zich door een relatief hoge mate van stuurbaarheid, maar tegelijkertijd ook hoge mate van onzekerheid. De onzekerheid resulteert in een relatief groot aantal risico’s. De huidige crisis op de woningmarkt is nog steeds het grootste risico.”

Zijn in accountantscontroles van de afgelopen zes jaren (2008-2014) opmerkingen gemaakt over (de risico’s voor) de Duivenvoordecorridor?
Zo ja, wanneer? En wat waren de opmerkingen?

Heeft de provincie Zuid-Holland, vanuit haar toezichtrol op gemeenten, in de afgelopen zes jaren (2008-2014) opmerkingen gemaakt over (de risico’s van) Duivenvoordecorridor?
Zo ja, wanneer? En wat waren de opmerkingen?

Welke ontwikkeling hebben de kosten en verwachte opbrengsten van Duivenvoordecorridor doorgemaakt in de afgelopen zes jaren (2008-2014)? Wilt u zo vriendelijk zijn dit in een overzichtelijke tabel te leveren?

In het coalitieakkoord staat de portefeuilleverdeling tussen wethouders. Wethouder Rozenberg is onder meer verantwoordelijk voor Grondzaken en vastgoed, wethouder Mijdam is onder meer verantwoordelijk voor ruimtelijke ontwikkeling (inclusief ruimtelijke projecten). Op welke wijze zijn de verantwoordelijkheden van de wethouders bij de Duivenvoordecorridor precies verdeeld?

In de vorige gemeenteraadsperiode was wethouder Houtzagers onder meer verantwoordelijk voor Grondzaken en was wethouder Mijdam onder meer verantwoordelijk voor ruimtelijke ontwikkeling, in het bijzonder Ruimtelijk beleid, Beeldkwaliteit, Bestemmingsplannen en Niet afzonderlijk onder andere portefeuilles genoemde ruimtelijke projecten. Op welke wijze waren de verantwoordelijkheden van deze wethouders bij de Duivenvoordecorridor precies verdeeld.

Wilt u zo vriendelijk zijn de antwoorden te leveren vóór de ingelaste commissievergadering Openbaar Gebied van 28 oktober a.s.