Op dinsdag 2 juli was de eerste termijn van de kadernota. In de kadernota staan onder andere de plannen voor de komende jaren. Onze fractievoorzitter Jeroen van Rossum sprak daar onder andere over jeugdzorg en luchtkwaliteit. Zijn hele betoog kun je hieronder lezen.
De algemene beschouwingen zijn mij in de afgelopen jaren dierbaar geworden. Een vormvrije avond waarop ik het GroenLinkse verhaal mag vertellen; waarop ik duidelijk mag maken waar de gemeente wat ons betreft naartoe zou moeten.
Voor GroenLinks is die stip op de horizon helder. GroenLinks staat voor een gemeente die kiest voor een sociale, eerlijke en menselijke invulling van het sociaal domein. Waarin niet alleen de zorgbehoevende, maar ook de zorgwerker wordt gewaardeerd en serieus genomen.
GroenLinks staat voor een gemeente die lef toont in de verduurzaming en vergroening van de samenleving. Waarin dappere keuzes worden gemaakt voor luchtkwaliteit en tegen de verblikking. Waarin de fietser voorrang krijgt op de automobilist.
GroenLinks staat voor een gemeente die onvoorwaardelijk kiest voor inclusiviteit, voor een plek voor iedereen. Waarin niet je geloof, geaardheid, afkomst, gezondheid of dikte van je bankrekening je definieert, maar waarin inwoners zonder cynisme tegemoet worden getreden, omdat we erin geloven dat iedereen iets bij kan en wil dragen aan de samenleving.
Voor GroenLinks is die visie helder. Kon ik dat ook maar zeggen over deze Kadernota…
Een voorbeeld. De verschraling, die deze gemeente uitdeelt als beloning voor cultureel ondernemerschap. De afgelopen jaren heeft de raad om dat ondernemerschap gevraagd. En nu de verschillende partijen - theaters, de bibliotheek, kleine initiatieven en verenigingen - dat laten zien, zegt het college “we houden het schraal, want er is nog niks omgevallen.”
Maar de werkelijkheid is anders. De culturele sector loopt op haar financiële tandvlees. En het wordt tijd dat we wat teruggeven. Deze raad - GroenLinks inclusief - is al jaren veel te gierig geweest voor de culturele partners. We moeten daar nu lucht gaan scheppen. Een mooie woongemeente kan niet zonder sterke cultuursector.
En mocht iemand een opmerking willen maken over het aandeel van de gelden dat naar de bibliotheek gaat: ook ik vind al langer dat de bieb een veel te groot deel van het cultuurbudget opeet. Maar de vraag is wel legitiem of dat ligt aan het bedrag dat naar de bieb gaat, of aan het magere totaalbudget voor kunst en cultuur.
Daarom dient GroenLinks een amendement in om de uitgave per inwoner aan kunst en cultuur structureel stevig te verhogen.
Dank overigens aan wethouder van Eekelen, die vaart heeft gemaakt met het beantwoorden van onze vragen over de gemiddelde uitgaven per inwoner aan kunst en cultuur, die meer dan duidelijk maken waarom het verstandig is ons voorstel te steunen.
Nog een voorbeeld: luchtkwaliteit. Hoewel de hele raad het eens lijkt over de urgentie om actie te ondernemen om de luchtkwaliteit te verbeteren, beter in kaart te krijgen, integraler aan te pakken, blijft het bij geklets. Waar blijft de ambitie? Er gebeurt tot nu toe wat GroenLinks betreft veel te weinig.
Maar misschien kunnen we een handje helpen. We dienen een motie in om extra onderzoek naar luchtkwaliteit mogelijk te maken, opdat de wethouder de handen uit de mouwen kan steken.
In het kader van luchtkwaliteit heeft GroenLinks nog wel een vraag aan de wethouder. Die slimme verkeerslichten op pagina 9 van de Kadernota: Geniet de fietser straks ook van die slimmigheid? En nog een vraag: Waarom vindt het college het verstandig om op groenbeheer te bezuinigen? De natuur kan onze hulp hard gebruiken. In deze tijd moet worden geïnvesteerd in een sterk groen, niet in meer luchtvervuiling.
En als we toch over luchtkwaliteit spreken… Tijd voor een blokje folklore, voorzitter. GroenLinks begint over betaald parkeren. Een mooi middel voor auto-ontmoediging en een inkomstenbron voor duurzame ambities.
En dat lijkt een vrolijk terugkerend gebbetje, maar het legt ook een pijnlijke zenuw bloot. Dit college is zo angstig voor de boze burger-met-auto, dat GroenLinks de afgelopen keren van wethouder van Eekelen niet meer dan een grap terug kreeg op de suggestie. Of “ik-heb-er-geen-zin-in.”
Het wordt tijd dat dit college met serieuze argumenten uitlegt waarom zij de optie van betaald parkeren structureel weigert te onderzoeken, zelfs te overwegen.
Als het college onze luchtkwaliteit echt zo belangrijk vindt, en echt wil inzetten op duurzaamheid, ontkomt ze er niet aan hier serieus het gesprek over aan te gaan. Ik heb het al eerder gezegd: als je wilt verduurzamen, en tegelijkertijd inzet op meer parkeerplekken, dan begrijp je het probleem niet. Ik hoor graag van het college wanneer een serieus gesprek over betaald parkeren wel mogelijk is.
En dan nog een voorbeeld, waar GroenLinks op meer visie had gehoopt. Meer daadkracht, meer lef. Jeugdzorg. Het ongetemde beest, noemde ik dat twee weken geleden. Wethouder Bouw moest daar om giegelen. Misschien ziet ze de ernst er niet van in.
Jeugdzorg is een landelijk, maar vooral ook lokaal probleem dat eerste prioriteit zou moeten hebben. Maar de wethouder is druk met andere zaken. Steggelen met verdeelde coalitiegenoten, tijd kopen om een besluit uit te kunnen stellen, en - het is een gave - voor- en tegenstanders in de gordijnen jagen. Twee weken geleden heeft wethouder Bouw getracht onze zorgen weg te nemen, maar dat is niet gelukt. Deze wethouder verliest tijd die ze aan Jeugdzorg moet besteden. U raadt het al, ik heb het over de brug. Kom ik zo op terug.
We lopen bij Jeugdzorg het risico dat we ons zo verliezen in het financiële vraagstuk, dat we onvoldoende aandacht besteden aan de vraag wat de zorgvragers en zorgwerkers in de Jeugdzorg nu eigenlijk nodig hebben. Hoe we de kwaliteit van onze Jeugdzorg kunnen borgen en verbeteren.
Een actueel issue: de vraag of we snel genoeg en efficiënt genoeg de diagnose stellen. De Jeugdzorg is een woud van dure doorverwijzingen. Als we bijvoorbeeld bij een vechtscheiding sneller mediation zouden aanbieden, dan vermindert dat problemen. Als we armoedebestrijding vroeg en slim aanpakken, ook. Als we ouders van een kind met autisme niet een leven lang begeleiding insturen, maar ze dat zelf leren te doen, bieden we meer rust voor het kind, en minder belasting voor ouders, die voortdurend met hun kind moeten slepen. En het levert mogelijk nog geld op ook, maar dan als bijvangst. In de juiste volgorde dus.
Nog een actueel issue. Meer dan 40% van de tijd wordt besteed aan administratieve werkzaamheden. Als we dat kunnen verminderen, hebben mensen meer tijd voor zorg, voor opleiding, voor mentale ondersteuning van collega’s. Wanneer we de administratieve rompslomp verminderen, verminderen we de werkdruk, het ziekteverzuim, de wachtlijsten en dus uiteindelijk de kosten.
En in het kielzog daarvan: resultaatgericht afrekenen. Zorgverleners worstelen met wat nu uiteindelijk het maatschappelijk resultaat van hun werk is, en hoe dit te borgen is. U raadt al wat dat oplevert: nog meer administratieve druk. En als het resultaat onduidelijk is, is het mogelijk niet geleverd, en wordt het dus niet betaald, terwijl de kosten al gemaakt zijn. Er zijn al plekken waar de vacatures voor Jeugdzorg voornamelijk uit administratieve krachten bestaan; de wereld op z’n kop.
Laatste issue, voorzitter: de verborgen wachtlijsten, waar we helemaal geen zicht op hebben. Wel een intake binnen de daarvoor gestelde tijd, maar dan soms nog zés maanden wachten voordat je daadwerkelijk de hulp krijgt die je nodig hebt.
Misschien kan de wethouder aangeven wat hiervoor haar plannen en ideeën zijn. Hoe gaat dit college de verborgen wachtlijsten aanpakken? Want terwijl al deze actuele issues onze aandacht vragen, zijn wij druk met de kosten.
GroenLinks doet een aanzet om de wethouder te helpen en dient een motie in om de administratieve druk te verlichten. Daarnaast halen we graag ons voorstel voor een serieuze werkgroep met onderzoeksrecht van de plank.
Een werkgroep die mét de wethouder de knelpunten op het jeugdzorgdossier gaat onderzoeken. We kunnen een dusdanig complex en urgent probleem niet aan één wethouder overlaten, ook niet wanneer ze die brug met rust zou laten. Het probleem is simpelweg te groot om één iemand aan te mogen wrijven. Ik vind politiek gedonder met wethouder Bouw prima, maar liever niet op dit dossier. De wethouder was onlangs nog wel te porren voor ons idee, ik hoop dat ze dat in reactie kan herhalen.
Als we toch in het Sociaal Domein bezig zijn: De kadernota spreekt over scherper indiceren in de WMO op huishoudelijke hulp; hoe houden we dat droog? Nu al maken rechters gehakt van de karigheid waarmee gemeenten zich van hun zorgtaak proberen te kwijten. Graag een reactie. Ook op de uitspraken van rechters in het algemeen dat resultaatgericht indiceren zo zijn makken heeft, en vaak tegenwettelijk wordt verklaard. De Adviesraad Sociaal Domein is hier ook benieuwd naar.
Ik begon al even over de brug. Twee weken geleden spraken we wederom over de bereikbaarheid van het Damcentrum, en dus over die brug. Een besluit dat voortgesleept wordt tot iemand binnen het verstandshuwelijk van VVD, CDA, PvdA en ChristenUnie-SGP de politieke moed op kan brengen om de stekker eruit te trekken. En dat doet niemand, dus sleept het voort. En voort. En voort.
Laf en oneerlijk. We kunnen die brug niet betalen, en onderzoek na onderzoek wijst uit dat de brug niet de gewenste effecten sorteert. Dit college en deze coalitie kiest er bewust voor om burgers voor de gek te houden.
Er is geen extra onderzoek nodig om een besluit te nemen. Er is politieke moed voor nodig om de eigen verkiezingsbeloften op te eten. En GroenLinks vindt dat wethouder Bouw, maar ook haar collega’s in college en in de coalitie-bankjes daarom zich kapot moeten schamen.
Misschien is vanavond dan de avond dat dit college de politieke moed opbrengt om eerlijk te zijn en open kaart te spelen. Ik vraag het college om een reactie.
Voorzitter, u merkt dat we er kritisch in zitten vanavond. Tijd voor een positief intermezzo, over politieke moed.
GroenLinks heeft zich de afgelopen jaren erg druk gemaakt over de DSW; onze dienstverlener voor hen met de grootste afstand tot de arbeidsmarkt. En daar gebeurde de afgelopen jaren een klein wondertje. En voltrekt zich dus vanavond het wondertje dat GroenLinks één wethouder wel graag een pluim geeft.
Wethouder Stemerdink heeft de afgelopen jaren de politieke moed gehad om de bezem erdoor te halen, en met het risico op bestuurlijk falen alle lijken uit de kast te trekken. En het heeft zich uitbetaald. Niet alleen de begroting van dit jaar, maar ook de begroting van de komende jaren laat een beeld zien rond DSW waar ik een jaar of twee geleden niet van had durven dromen.
Maar die conclusie legt wat GroenLinks betreft wel een uitdaging voor de andere wethouders op tafel. Een uitdaging die draait om politieke moed versus de neiging om te duiken. Want ook voor het afval-dossier hebben we een dappere wethouder nodig, die haar verkiezingsslogans durft los te laten. Om nog maar te zwijgen over die verdomde, dure brug.
Ik raad wethouders Bouw en van Eekelen met klem aan om een stevige bezem aan te schaffen, en zich af te vragen wat voor gaat: het belang van de gemeente, of het belang van de eigen baan en de eigen verkiezingsleuzen?
En dan Eneco. Ik begreep uit de media dat de verkoop van Eneco niet alleen aanstaande is, maar dat ook de koper mogelijk bekend is. Shell… Het vleesgeworden bewijs van het failliet van het kapitalisme. Hoe kan het toch dat we ons voornemen Eneco te verkopen aan een partij met duurzame idealen en dan uitkomen bij Shell?
De samenleving slikt voor zoete koek dat Shell hele landen kapot boort, want dat rijdt zo lekker. Hoe kan het dat we ons in de maling laten nemen door inhalige, zelfzuchtige figuren, die aan niets anders kunnen denken dan de volgende euro die op hun rekening wordt gestort? Figuren die duurzaamheid slechts zien als slingers in de etalage. Een bedrijf dat helemaal niet bezig is met hoe de wereld wordt doorgegeven, omdat de volgende generatie pas interessant wordt als ze stevig staat te tanken aan het pompstation.
Daar verkopen wij mogelijk onze Eneco-aandelen aan, die we nog zo graag groen hadden weggezet.
Ik hoop dat ik het bij het verkeerde eind heb, voorzitter. Dat voor Shell de inhaligheid plaats maakt voor verstandigheid met de benoeming van de nieuwste bestuurder. Dat de nieuwste geluiden die te lezen zijn over Shell een nieuw tijdperk inluiden. Zelfs daar lijkt de nieuwe bestuurder afgerekend te gaan worden op haar duurzame prestaties. Een contradictie, maar we doen het maar met wat we hebben.
En ze lopen in dat opzicht - als het waar is - in elk geval nog voor op ons college, waar wethouder van Eekelen nog ongehinderd mag fantaseren over bruggen en parkeerplekken, zonder dat daar de duurzaamheidsagenda meteen wordt bijgehaald om haar mee om de oren te slaan.
Dat die Eneco-gelden zomaar naar Shell kunnen gaan, is wat mij betreft onderdeel van een grotere trend in onze samenleving. De neiging om waarde enkel nog in euro’s te kunnen zien. En de lamgeslagen staat waarin het kapitalisme ons boerenverstand heeft geparkeerd.
We hadden twee weken geleden een inspreker die haar verhaal deed over het grote leed van het niet gemakkelijk kwijt kunnen van een tweede auto. Wil ik haar niet eens kwalijk nemen. We zijn zo geconditioneerd dat alles maar comfortabel moet zijn. En zo geconditioneerd dat we heerlijk liberaal en individualistisch niet meer verder kunnen kijken dat onze eigen voordeur. En dus boos worden op de overheid als die niet twee keurig aangeharkte parkeerplaatsen dichtbij die eigen voordeur regelt.
Dat kapitalisme en dat marktdenken dat een deel van ons doet geloven dat we recht hebben op twee parkeerplekken, op grond die ook groen kan worden ingevuld, holt onze samenleving uit, en treft vooral de zwakkeren en de minder assertieven onder ons.
Banken lenen achterlijke bedragen uit, want schulden leveren ook veel geld op. Arme mensen moeten ook maar zelfredzaam zijn, dus ze gaan lenen. Wie durft zijn kind een schoolreisje te weigeren? Waarom mogen alle buren wel op vakantie? Als je erbij wilt horen, doe je mee. En vervolgens is de overheid druk bezig om die schulden te saneren, en cynisch mensen na te jagen op het risico dat ze frauderen. Zonder ons de vraag stellen of we het geld dat we daaraan kwijt zijn, niet in eerste instantie al slimmer hadden kunnen verdelen, zodat die hele lening niet nodig was.
Antoniushove en Bronovo sluiten allebei de eerste hulp. En we klagen erover dat dit überhaupt mogelijk is, en vragen ons af waarom de overheid niet ingrijpt, zonder ons af te vragen of het niet juist die overheid was, met het blinde geloof in marktwerking, die deze situatie mogelijk heeft gemaakt. Laat het verlies van een bereikbare Eerste Hulp voor onze gemeente ons nu eindelijk eens leren: zorg is geen markt.
Eneco wordt - ondanks onze groene en duurzame ambities - verkocht aan Shell; een clubje rijke gewetenlozen dat met dollartekens in de ogen hele landen kapot oogst. En we vinden het jammer, maar we laten het begaan, want we kunnen die financiële injectie zo goed gebruiken in onze blutte gemeente, die sloten geld nodig heeft voor de volgende parkeergarage, voor lage lasten in de dure huizen, voor die verrekte rotbrug.
En de overheid bedient hen die betalen, en predikt het evangelie van de marktwerking. Kapitalisme verpest ons, en de overheid buigt daar gedwee in mee. En vreest de boze, bevoorrechte burger, die voldoende comfort heeft en mondig genoeg is om luidkeels weerstand te bieden als de eigen achtertuin nodig is voor vooruitgang.
En dus hebben we in het land, maar ook hier, een laf en futloos bestuur dat inwoners niet durft op te voeden. Geen impopulaire keuzes durft te maken. Als er een rugby-club te tribune bezet, of een schoolklas, zijn we er als de kippen bij om te klappen en snel de knip te trekken en toe te geven. Terwijl het milieu naar de getver gaat, terwijl kinderen in armoede opgroeien.
Waar zijn de idealen en de vergezichten? Waar is ons leiderschap? Waar is ons lef?
De crux met kapitalisme en economisme is dat het er zo vriendelijk uitziet vanuit onze aangeharkte tuintjes. Het ziet er keurig uit. Maar het holt onze samenleving uit.
En tot kiezers stoppen met stemmen op kapitalistische partijen, die de ziekenhuizen ten prooi laten vallen van marktwerking; tot we stoppen met stemmen op partijen die asfalt en 130 rijden op de snelweg belangrijker vinden dan de luchtkwaliteit van morgen; tot we stoppen met stemmen op partijen die niet verder durven te kijken dan de volgende verkiezingsuitslag; gaat dat niet veranderen.
Ik gaf twee weken geleden al aan - tijdens de behandeling van de jaarstukken - dat GroenLinks niet de illusie heeft dat wij 2018 zonder tekort hadden afgesloten. En dat geldt ook voor 2019 en 2020. Wel hadden we het geld graag anders uitgegeven. GroenLinks kan niet anders concluderen dan dat de toekomst er onder dit bestuur minder groen en minder links uitziet dan ons lief is. Minder sociaal, minder duurzaam, minder inclusief. Minder mooi.
Vorig jaar vreesde GroenLinks hardop tijdens de coalitie-presentatie, tijdens het interpellatiedebat en tijdens de begrotingsbehandeling dat deze coalitie en dit college niet wilde besturen om de gemeente een mooiere, betere plek te maken, maar dat het besturen zelf het doel was. Want verder ontbreekt het bestaansrecht van dit verstandshuwelijk van VVD, CDA, PvdA en CU-SGP.
Voorzitter, GroenLinks is de vrees ruim voorbij. We hebben nu ruim een jaar deze coalitie het voordeel van de twijfel gegeven, en het is ons klip en klaar.
Niet daadkrachtig, maar futloos. Niet gericht op samenwerking, maar in zichzelf gekeerd. Niet dapper voorwaarts, maar laf verstopt in uitstelgedrag en gepruttel. Een liefdeloos politiek huwelijk tussen vier partijen die enkel bezig zijn de invloed niet te verliezen.
Er wordt onderzoek na onderzoek gedaan om tijd te kopen. Er wordt keer op keer gesproken over de passie en de goede wil van matig functionerende wethouders, en hoe ze er toch echt mee bezig zijn. Er wordt vergadering na vergadering gesust en gejokt dat inwoners echt betrokken worden en inspraak hebben. En dat het allemaal goed komt, als we nog even geduld hebben.
Zodat niemand hardop hoeft te erkennen dat de brug er niet komt. Dat het afvalprobleem niet zo gemakkelijk wordt opgelost als in verkiezingstijd geroepen werd. Dat niet elke inwoner zijn zin kan krijgen.
Het komt niet vanzelf goed. Er zijn geen kant-en-klare oplossingen voor brutale verkiezingsbeloftes.
Ik wens het college een rustige en bedachtzame zomer toe, om de gedachten te ordenen, de idealen op te graven, en te heroverwegen welke gemeente we willen bouwen. De baan van wethouder is een eervolle baan, die meer urgentie verlangt dan enkel de wens om het te zijn.
En als uit die overpeinzingen komt, voorzitter, dat we een college hebben dat wil werken aan een inclusieve, sociale en echt duurzame gemeente, dan staat GroenLinks paraat om te steunen, ideeën aan te dragen, te helpen. En dan geven we met liefde dit college nog een tijdje het voordeel van de twijfel.
Dan helpen wij graag. Ik snap dat ik vanavond niet mijn vriendelijkste betoog heb gehouden, maar GroenLinksers zijn uiteindelijk opgeruimde idealisten die zoeken naar invloed om te kunnen bouwen aan een gemeente die zorgt voor haar huidige en haar volgende generatie. Een sociale, duurzame en inclusieve gemeente.
Dankuwel.